Nederlands:
De stem die roept. Zes kleine spelen en koren door Henriette Roland Holst-van der Schalk, is een verzameling van zes toneelstukken en koren, gepubliceerd in 1936 door W. L. & J. Brusse in Rotterdam. Deze eerste editie bestaat uit 75 pagina’s en heeft de afmetingen van 18 cm bij 25,5 cm. Het boek is in uitstekende staat en is gebonden in hardcover.
Henriette Goverdine Anna Roland Holst-van der Schalk (Noordwijk-Binnen, 24 december 1869 – Amsterdam, 21 november 1952) was een Nederlandse dichteres en socialiste. Beter bekend als “tante Jet”, trouwde ze in 1896 met de beeldend kunstenaar Richard Roland Holst (Rik) en raakte bevriend met de dichter Herman Gorter, die haar aanspoorde om Das Kapital van Karl Marx te lezen. Dit leidde tot haar politieke betrokkenheid en een carrière als schrijfster op het gebied van politiek, geschiedenis en filosofie. De dichter Adriaan Roland Holst was een neef van haar echtgenoot.
Rond 1890 kwam Roland Holst in contact met Albert Verwey en Willem Kloos, leiders van de Tachtigers en oprichters van De Nieuwe Gids. Ze ontmoette ook de kunstschilder Jan Toorop en droeg haar eerste sonnetten aan hem en Verwey op. Haar werk werd al snel gepubliceerd in De Nieuwe Gids en ze werd geroemd als een belangrijke dichteres.
In 1896 werd ze lid van de SDAP en was actief in het mobiliseren van arbeiders voor betere leefomstandigheden. Ze maakte deel uit van het partijbestuur en vertegenwoordigde Nederland op internationale socialistische congressen. Na de Russische revolutie werd ze communiste, maar later zou ze teleurgesteld raken in het communisme en zich meer richten op religieuze onderwerpen.
Ondanks haar gezondheidsproblemen, waaronder depressies en hartziekten, bleef Roland Holst zich inzetten voor de rechten van arbeiders, jongeren en vrouwen. Haar vroege gedichten waren hartstochtelijk socialistisch, maar later kreeg haar werk een religieuzer karakter. Ze schreef toneelstukken, biografieën, journalistieke stukken en hoorspelen.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog was ze actief in het verzet en werkte ze voor het verzetsblad De Vonk, later De Vlam. Haar autobiografie Het vuur brandde voort werd geschreven aan het eind van haar leven. Ze overleed op 82-jarige leeftijd.
English:
De stem die roept. Zes kleine spelen en koren (The Voice that Calls. Six Small Plays and Choirs) by Henriette Roland Holst-van der Schalk, is a collection of six plays and choirs, published in 1936 by W. L. & J. Brusse in Rotterdam. This first edition consists of 75 pages and measures 18 cm by 25.5 cm. The book is in fine condition and bound in hardcover.
Henriette Goverdine Anna Roland Holst-van der Schalk (Noordwijk-Binnen, December 24, 1869 – Amsterdam, November 21, 1952) was a Dutch poet and socialist. Known as “aunt Jet,” she married visual artist Richard Roland Holst (Rik) in 1896 and befriended poet Herman Gorter, who encouraged her to read Karl Marx’s Das Kapital. This led to her political involvement and a career as a writer on political, historical, and philosophical subjects. The poet Adriaan Roland Holst was a nephew of her husband.
Around 1890, Roland Holst met Albert Verwey and Willem Kloos, leaders of the Tachtigers and founders of De Nieuwe Gids. She also met painter Jan Toorop and dedicated her first sonnets to him and Verwey. Her work was soon published in De Nieuwe Gids, and she quickly gained fame as an important poet.
In 1896, she joined the SDAP and was active in mobilizing workers for better living conditions. She served on the party’s executive board and represented the Netherlands at international socialist congresses. After the Russian Revolution, she became a communist, but later she became disillusioned with communism and turned to religious topics.
Despite her health problems, including depression and heart disease, Roland Holst remained committed to the rights of workers, youth, and women. Her early poems were passionately socialist, but later her work took on a more religious character. She wrote plays, biographies, journalistic pieces, and radio plays.
During World War II, she was active in the resistance and worked for the underground newspaper De Vonk, later De Vlam. Her autobiography Het vuur brandde voort (The Fire Continued to Burn) was written towards the end of her life. She died at the age of 82.