Nederlands
Uit de schrijfcassette van Lodewijk van Deyssel (1978) is een fascinerende verzameling van persoonlijke notities, dagboekfragmenten, en observaties samengesteld en becommentarieerd door Harry G. M. Prick. Uitgegeven door Athenaeum / Loeb Paperbacks, biedt deze eerste editie een intrigerende blik in de intieme gedachtenwereld van Lodewijk van Deyssel, een prominente Nederlandse schrijver en criticus uit de late 19e en vroege 20e eeuw. Het boek bevat een diverse verzameling teksten die een levendig portret schetsen van Van Deyssel’s innerlijke leven en literaire activiteiten.
Harry G. M. Prick heeft uit de schrijfcassette van Van Deyssel een verscheidenheid aan materialen geselecteerd die samen een boeiende kijk bieden op zijn psychologische en literaire ontwikkeling. De verzameling omvat dagboekbladen, auto-psychologische notities, zelfobservaties, en tot in details uitgewerkte leefregels. Deze documenten zijn van onschatbare waarde voor het begrijpen van de complexe persoonlijkheid van Van Deyssel en zijn zoektocht naar zelfkennis en literaire perfectie.
Van Deyssel, bekend om zijn intense en introspectieve schrijfstijl, gebruikt deze persoonlijke geschriften om diepgaande zelfanalyse en reflectie te bedrijven. Zijn notities bevatten beschouwingen over een breed scala aan onderwerpen, waaronder zijn lectuur van zowel klassieke als populaire literatuur, zoals Goethe’s Torquato Tasso en Cissy van Marxveldt’s De toekomst van Marijke. Deze kanttekeningen geven inzicht in zijn kritische denken en zijn houding ten opzichte van zowel hoogstaande als meer toegankelijke literaire werken.
Naast zijn literaire overpeinzingen documenteert Van Deyssel ook zijn indrukken van bezoeken aan musea en bioscopen. Deze observaties zijn rijk aan detail en bieden een fascinerende blik op de culturele context van zijn tijd. Ze laten zien hoe Van Deyssel kunst en cultuur ervoer en hoe deze ervaringen zijn literaire werk beïnvloedden. Zijn verslagen van deze bezoeken geven een diep inzicht in zijn artistieke sensibiliteit en zijn voortdurende zoektocht naar inspiratie en kennis.
Een opmerkelijk aspect van de verzameling is de reeks onverzonden brieven die Van Deyssel schreef maar nooit verstuurde. Deze brieven, vaak gericht aan literaire tijdgenoten of persoonlijke relaties, onthullen zijn twijfels, onzekerheden, en de interne conflicten die zijn leven en werk kenmerken. Ze geven een intieme kijk op de dilemma’s waarmee hij geconfronteerd werd en de emoties die hem dreven.
Prick’s inleiding en aantekeningen bieden een waardevolle context voor de geschriften van Van Deyssel en helpen de lezer om de complexiteit en diepgang van zijn gedachten en gevoelens te begrijpen. Prick analyseert de inhoud van de schrijfcassette en verbindt deze met de bredere literaire en culturele invloeden die Van Deyssel’s werk vormden. Zijn becommentarieerde selectie van de teksten geeft een samenhangend en rijk beeld van Van Deyssel’s literaire en persoonlijke evolutie.
Uit de schrijfcassette van Lodewijk van Deyssel is een essentieel werk voor iedereen die geïnteresseerd is in de geschiedenis van de Nederlandse literatuur en de psychologische diepgang van een van haar belangrijkste figuren. De verzameling biedt een unieke en gedetailleerde kijk op de innerlijke wereld van Van Deyssel en onthult de voortdurende dialoog die hij voerde met zichzelf en zijn kunst. Het boek is een waardevolle bron voor literatuurwetenschappers, studenten, en lezers die willen begrijpen hoe persoonlijke en literaire identiteiten verweven kunnen zijn in het werk van een groot schrijver.
Lodewijk van Deyssel (1864-1952), geboren als Karel Joan Lodewijk Alberdingk Thijm, was een toonaangevende Nederlandse schrijver en literair criticus, bekend om zijn belangrijke bijdrage aan de Tachtigers-beweging. Van Deyssel’s werk wordt gekenmerkt door zijn intense introspectie, psychologische diepgang, en scherpe sociale observaties. Zijn roman Kind-leven en zijn kritische essays hebben een blijvende impact gehad op de Nederlandse literatuur. Hij stond bekend om zijn kritische benadering van maatschappelijke normen en zijn vermogen om complexe menselijke emoties te verbeelden. Van Deyssel’s geschriften blijven een belangrijk deel van de Nederlandse literaire canon en zijn persoonlijkheidsstudies en literaire bijdragen blijven invloedrijk.
Harry G. M. Prick (1925-2006) was een gerenommeerde Nederlandse literatuurhistoricus en biograaf, vooral bekend om zijn diepgaande studies van Nederlandse auteurs, waaronder Lodewijk van Deyssel. Prick diende als conservator van het Letterkundig Museum in Den Haag en schreef uitgebreide biografieën en studies over figuren zoals Frederik van Eeden en Van Deyssel. Zijn werk wordt gekenmerkt door zijn nauwkeurigheid en zijn vermogen om literaire en persoonlijke aspecten van schrijvers te verbinden. Prick’s becommentarieerde verzameling van Van Deyssel’s persoonlijke notities in Uit de schrijfcassette van Lodewijk van Deyssel biedt een essentiële bron voor het begrijpen van de literaire en psychologische ontwikkeling van deze invloedrijke auteur.
English
Uit de schrijfcassette van Lodewijk van Deyssel (From the Writing Cassette of Lodewijk van Deyssel) (1978) is a fascinating collection of personal notes, diary fragments, and observations compiled and annotated by Harry G. M. Prick. Published by Athenaeum / Loeb Paperbacks, this first edition offers an intriguing glimpse into the intimate thought world of Lodewijk van Deyssel, a prominent Dutch writer and critic from the late 19th and early 20th centuries. The book contains a diverse array of texts that paint a vivid portrait of Van Deyssel’s inner life and literary activities.
Harry G. M. Prick has selected a variety of materials from Van Deyssel’s writing cassette, providing a captivating view of his psychological and literary development. The collection includes diary pages, auto-psychological notes, self-observations, and meticulously detailed rules for living. These documents are invaluable for understanding the complex personality of Van Deyssel and his quest for self-knowledge and literary perfection.
Van Deyssel, known for his intense and introspective writing style, uses these personal writings for profound self-analysis and reflection. His notes include musings on a wide range of subjects, including his reading of both classical and popular literature, such as Goethe’s Torquato Tasso and Cissy van Marxveldt’s De toekomst van Marijke (Marijke’s Future). These annotations provide insight into his critical thinking and his attitude towards both highbrow and more accessible literary works.
In addition to his literary musings, Van Deyssel also documents his impressions of visits to museums and cinemas. These observations are rich in detail and offer a fascinating look at the cultural context of his time. They show how Van Deyssel experienced art and culture and how these experiences influenced his literary work. His accounts of these visits provide deep insight into his artistic sensibility and his ongoing quest for inspiration and knowledge.
A remarkable aspect of the collection is the series of unsent letters that Van Deyssel wrote but never dispatched. These letters, often addressed to literary contemporaries or personal relationships, reveal his doubts, insecurities, and the internal conflicts that characterize his life and work. They provide an intimate view of the dilemmas he faced and the emotions that drove him.
Prick’s introduction and annotations offer valuable context for Van Deyssel’s writings and help readers understand the complexity and depth of his thoughts and feelings. Prick analyzes the contents of the writing cassette and connects them to the broader literary and cultural influences that shaped Van Deyssel’s work. His annotated selection of the texts presents a coherent and rich picture of Van Deyssel’s literary and personal evolution.
Uit de schrijfcassette van Lodewijk van Deyssel is an essential work for anyone interested in the history of Dutch literature and the psychological depth of one of its key figures. The collection provides a unique and detailed look at Van Deyssel’s inner world and reveals the ongoing dialogue he conducted with himself and his art. The book is a valuable resource for literary scholars, students, and readers who seek to understand how personal and literary identities can be intertwined in the work of a great writer.
Lodewijk van Deyssel (1864-1952), born Karel Joan Lodewijk Alberdingk Thijm, was a leading Dutch writer and literary critic, known for his significant contribution to the Tachtigers movement. Van Deyssel’s work is characterized by its intense introspection, psychological depth, and sharp social observations. His novel Kind-leven (Child-Life) and his critical essays have had a lasting impact on Dutch literature. He was known for his critical approach to societal norms and his ability to depict complex human emotions. Van Deyssel’s writings remain an important part of the Dutch literary canon, and his studies of personality and literary contributions continue to be influential.
Harry G. M. Prick (1925-2006) was a distinguished Dutch literary historian and biographer, best known for his in-depth studies of Dutch authors, including Lodewijk van Deyssel. Prick served as the curator of the Literature Museum in The Hague and wrote extensive biographies and studies on figures such as Frederik van Eeden and Van Deyssel. His work is characterized by its precision and his ability to connect the literary and personal aspects of writers. Prick’s annotated collection of Van Deyssel’s personal notes in Uit de schrijfcassette van Lodewijk van Deyssel provides an essential resource for understanding the literary and psychological development of this influential author.