Wereldsche Liefdelyriek

De Vree, Paul – Hooft, P. C. – Kloos, Willem – Leopold, J. H. – van de Woestijne, Karel – Roland Holst, A. – Werumeus Buning, Johan Willem Frederik – Herreman, Raymond – Marsman, H. – Gilliams, Maurice – Engelman, Jan – Buckinx, Pieter G. – Nahon, Alice. Wereldsche Liefdelyriek. De Bladen Voor De Poëzie, 2e Jaargang, nummers 5-6, mei – juni 1938. [Mechelen]: De bladen voor de poëzie, 1938. Printed by Henri Kamp, Mechelen. 19 pages. 1 Volume. Series: De bladen voor de poëzie. [First Edition]. 15 cm. x 23,5 cm. Softcover. Saddle Stitching. Condition: Fine.

10,00

In stock

Product ID: 4123 SKU: SKU-1136 Category:

Nederlands:

Wereldsche Liefdelyriek door Paul de Vree, P. C. Hooft, Willem Kloos, J. H. Leopold, Karel van de Woestijne, A. Roland Holst, Johan Willem Frederik Werumeus Buning, Raymond Herreman, H. Marsman, Maurice Gilliams, Jan Engelman, Pieter G. Buckinx en Alice Nahon, gepubliceerd in de tweede jaargang van De Bladen Voor De Poëzie, nummers 5-6, mei – juni 1938, is een literaire uitgave gedrukt door Henri Kamp in Mechelen. Deze eerste editie bestaat uit 19 pagina’s en meet 15 cm x 23,5 cm. Het boek is in uitstekende staat met een softcover en genaaid met zadelstiksels.

De Bladen voor de Poëzie was een literair tijdschrift voor gedichten, uitgegeven van 1937 tot 1995. De Vlaamse dichter René Verbeeck was de uitgever van de eerste reeks, waarin van 1937 tot 1944 ongeveer zeventig titels verschenen van dichters zoals René Verbeeck zelf, Paul De Vree, André Demedts, A.G. Christiaens, Jan Vercammen, Bert Peleman en Albe. Tijdens de Tweede Wereldoorlog had het tijdschrift te maken met papiergebrek en werd het in 1943 overgenomen door de collaborerende uitgeverij Steenlandt in Brussel, waarna het uiteindelijk verdween. In 1953 werd het tijdschrift opnieuw opgestart door Herman Van Fraechem, directeur van het Lierse Ursulinenklooster, en René Verbeeck werd lid van het leescomité.

Paul Rosa Oscar de Vree (Antwerpen, 13 november 1909 – 25 april 1982) was een Belgisch dichter, criticus, essayist en beeldend kunstenaar. Hij publiceerde onder verschillende pseudoniemen zoals Hendrik Storm, Frits/z Olivier, Steven Riels, Oscar Rosa en Hufe Mackle. De Vree debuteerde als dichter in 1933 met traditionele poëzie, maar schakelde in 1963 over op visuele en concrete poëzie, waarmee hij internationale bekendheid verwierf. Hij was een van de eersten die zijn gedichten voorzag van atmosferische geluidsopnamen in het Muzieklaboratorium in Utrecht. Enkele van zijn plaatopnamen zijn Vertigo gli, Veronika, Ogenblik, Kleine Caroli, Een roos a rose, Organon en April am Rheine.

English:

Wereldsche Liefdelyriek by Paul de Vree, P. C. Hooft, Willem Kloos, J. H. Leopold, Karel van de Woestijne, A. Roland Holst, Johan Willem Frederik Werumeus Buning, Raymond Herreman, H. Marsman, Maurice Gilliams, Jan Engelman, Pieter G. Buckinx, and Alice Nahon, published in the second volume of De Bladen Voor De Poëzie, issues 5-6, May – June 1938, is a literary publication printed by Henri Kamp in Mechelen. This first edition consists of 19 pages and measures 15 cm x 23.5 cm. The book is in fine condition with a softcover and saddle stitching.

De Bladen voor de Poëzie was a literary magazine for poems, published from 1937 to 1995. The Flemish poet René Verbeeck was the publisher of the first series, in which about seventy titles were published from 1937 to 1944 by poets such as René Verbeeck himself, Paul De Vree, André Demedts, A.G. Christiaens, Jan Vercammen, Bert Peleman, and Albe. During World War II, the magazine faced paper shortages and in 1943 it was taken over by the collaborating publisher Steenlandt in Brussels, eventually disappearing. In 1953, the magazine was restarted by Herman Van Fraechem, with René Verbeeck joining the reading committee.

Paul Rosa Oscar de Vree (Antwerp, November 13, 1909 – April 25, 1982) was a Belgian poet, critic, essayist, and visual artist. He published under various pseudonyms such as Hendrik Storm, Frits/z Olivier, Steven Riels, Oscar Rosa, and Hufe Mackle. De Vree debuted as a poet in 1933 with traditional poetry but switched to visual and concrete poetry in 1963, gaining international fame. He was one of the first to add atmospheric sound recordings to his poems in the Music Laboratory in Utrecht. Some of his recordings include Vertigo gli, Veronika, Ogenblik, Kleine Caroli, Een roos a rose, Organon, and April am Rheine.

Dimensions 23,5 × 15 cm